Het echte backpackersgevoel!
Door: Cees enSon
Blijf op de hoogte en volg ceesenson
16 Januari 2010 | Laos, Vientiane
Zoveel rust is genoeg voor 1 nachtje dus gingen we weer terug naar Pakse om vandaag weer verder te reizen, de volgende bestemming is 4000 eilands, dit ligt helemaal onder in Laos tegen de grens met Cambodja waar de Mekong vertakt en er dus veel eilandjes in liggen. We moesten naar de grote weg lopen en daar zou 1x per uur een bus komen (en niet op gezetten tijden). Eenmaal aangekomen bij de weg hadden we niet veel zin om lang te wachten dus wilden we gaan liften. De eerste pickup stopte meteen. Het hele gezin zat voorin en wij mochten in de achterbak gaan zitten. Zo voelt het echt Lao leven. De koeien lopen op de weg, de tractors met houten karretjes die we inhaalden, de kinderen die spelen met fietsbanden, de oude dames die aan het koken zijn langs de weg en de vele kraampjes die in een dorpjes staan die alleen maar hetzelfde verkopen, het ene dorp bananen en het andere weer riet. We voelen ons hier echt een koning en een koninging, jong en oud zwaaid naar ons en lachen vriendelijk. In Pakse werden langs de kant van de weg eruit gegooid, het gezin natuurlijk wel geld gegeven, zo dankbaar zijn ze dan. De tuk tuks stonden al klaar om ons mee te nemen, ze spreken hier alleen geen woord engels. Uiteindelijk zijn we ingestapt en dachten we dat hij ons begreeep. Na 5 miniuten stopte hij en wij (met een heldere ingeving) pakte het woordenboek erbij en Sonja's op haar beste Lao vertelde dat we naar het busstation wilde. Een andere tuk tuk chauffeur begreep ons en moesten bij hem plaatsnemen. We gingen dezelfde weg weer terug en werden 100 meter van de plek waar we uit de pickup waren gegooid afgezet. We konden er om lachen. Daar stond de bus/vrachtwagen te wachten, houten plankjes, geen ramen en volgepropt met zakken rijst. We moesten ruim 3 uur opgepropt zitten, er zaten alleen maar lao mensen in de bus en een zak met vissen?!?. Cees werd na 2.5 uur een beetje zeurderig omdat hij een pijnlijke kont had. Helaas moest Sonja dat elke 5 minuten aanhoren. De bevolking heeft volgens ons eelt op hun kont. De kinderen zijn hier ook al zo zoet, ze huilen bijna nooit en hebben geen speelgoed nodig om vermaakt te worden in een bus/trein/vliegtuig. Onderweg stopte de bus bij veel dorpjes, alle vrouwen rende naar de bus en verkochten, vlees, groente en stickyrice. Het werkte wel want alle mensen kochten wel iets. Wij gingen naar het grootste eiland, Don Khong. Met een gammel pondje gingen we de Mekong over (gammel zijn we hier wel gewend). De Mekong is hier weer super mooi, veel kleine eilandjes en veel vissersbootjes. Het eiland is rustig maar heeft wel een gezellige hoofdstraat. Tijdens een wandelingetje werden we bij de tempel aangespoken door een paar monnikken. Ze spraken slecht engels maar vonden het erg interresant om onze foto's te zien op de camara, uiteindelijk stonden er 10 monniken om ons heen. Ze zeiden nog dat Cees ook zo een monnik kon werden, het kapsel heeft hij al. We hebben net gegeten bij een retaurantje aan de Mekong, het was wel lekker winderig maar de buffelsteak van Cees smaakte heerlijk. We gaan zo nog kijken of er nog een kroegje is. Alvast weltrusten.